De Oud-Utrechter, 26 juni 2012 - jaargang 3, nr.13

"Je was jong, en ach, je stond er niet bij stil dat het gevaarlijk kon zijn", dat zei Antoon Diemel(96) op vrijdag 15 juni in het koffie-cafe van Douwe Egberts in Utrecht. In de Hongerwinter van 1945 was hij chauffeur van een D.E.-vrachtwagen en bracht tijdens diverse tochten, met gevaar voor eigen leven, tientallen ondervoede Utrechtse kinderen naar Joure en omstreken.

Op uitnodiging van De Oud-Utrechter kwam Diemel naar Utrecht, hij woont nu in Venray, en ontmoette een groot aantal van die kinderen, die hij in 1945 vervoerde.

Die waren blij hun held te ontmoeten en van een van hen ontving hij een affiche met daarop in kalligrafie de tekst van het Wilhelmus. Onder de 35 belangstellenden waren ook oud-medewerkers van Douwe Egberts. Een van die oud-medewerkers is Louk Verwer, die met Jan Jansen van De Oud-Utrechter achter het verhaal van de uitgezonden kinderen had heengezeten en samen waren ze Diemel op het spoor gekomen (zie publicatie 17 april in de Oud-Utrechter).
Tijdens de bijeenkomst vertelde Henk Kramer, ook een oud D.E.'er, dat hij als dertienjarige inwoner van de 3000 zielen grote gemeente Haskerland (dat onder Joure viel) zag dat er een intocht plaatsvond van totaal 337 kinderen uit de stad en regio Utrecht en nog eens 256 uit de rest van de Randstad. Eerst werden kinderen als vluchtelingen beschouwd; zij spraken immers geen Fries, vertelde Kramer. Maar de inburgering ging snel. De Utrechtse kinderen leerden wat Fries en ze waren interessant want ze konden vertellen hoe het leven buiten Joure eruit zag. De Utrechtse kinderen gingen in Joure naar school met de Jouster kinderen. Oudere kinderen hielpen Pake en Beppe (hun gastouders). De tocht naar Joure was achteraf gezien gevaarlijk, vertelden aanwezigen die als kind meegingen vanuit Utrecht naar Joure. De vrachtwagen reed in het pikkedonker over de Zuiderzeeweg naar Zwolle, waar de Ijsselbrug moest worden overgestoken. Daar stonden Duitse militairen op wacht en werden alle vrachtwagens geinspecteerd.

Elisabeth van der Wurf vertelde, dat de begeleidster de kinderen liedjes liet zingen en dat een Duitse soldaat daarvan zo gecharmeerd was, dat hij toen verder niet in de laadbak keek. De chauffeur mocht doorrijden. Vanwege de "andere lading" (een gevluchte verzetsman) was dat maar goed ook.

Bij aankomst in Joure werden de kinderen goed opgevangen en al die maanden daarna door hun gastouders verzorgd. De tochten waren niet voor niks. In de Hongerwinter hebben veel kinderen echt honger geleden. Iemand vertelde dat zij met haar broer, die aan hongeroedeem leed, naar Joure was gekomen. Veel kinderen mochten vanwege ziekte of luizen neit mee naar Joure. Een ander vertelde, dat zijn vader lange tijd met de kar voedsel bij boeren in Gelderland haalde en toen hij dat niet meer kon vanwege het gevaar opgepakt te worden door de Duitsers, ging zijn zwangere moeder erop uit. Zij werd toen door een Duitse soldaat en een NSB-er aangehouden en moest bijna alles afgeven. De vierde mei is voor hem nog steeds een moeilijke dag. Weer een ander vertelde, dat hij had geleerd hoe je op eigen houtvuur aardappelschillen kon koken en opeten om je honger te stillen.
Voor kinderen was de verhuizing naar het noorden dus een echte uitkomst. Allen waren, ondanks de groet heimwee die er altijd was, enthousiast over hun gastouders. Een van hen heeft nog veertig jaat contact gehouden. Zij hield ermee op toen Beppe en Pake waren overleden. Anderen waren ook een of meermalen in Joure teruggeweest. Henk Kramer vertelde dat de ouders van de kinderen, die in Joure en omgeving aren ondergebracht, uit dankbaarheid voor wat de D.E. medewerkers voor hun kinderen hadden gedaan, een monument geschonken hebben. Dat staat nog steeds voor het kantoor van Douwe Egberts in Joure.

Aan het slot van de middag vertelde Desiree Diemel, dochter van Antoon, dat haar vader lange tijd niet over de oorlog had gesproken. Vijftien jaar geleden merkte ze dat haar vader in de maanden februari tot mei anders was. Toen begon hij pas te praten over wat hij allemaal in de oorlog had gedaan. Toch hoorde ook zij op 16 maart 2012 nieuwe dingen, toen Jan Jansen en Louk Verwer bij haar vader op bezoek waren.

De bescheiden hoofdpersoon kwam als laatste aan het woord. Ook volgens hem waren de tochten naar Joure gevaarlijk, maar ach, je was nog jong. Alle aanwezige gaven hem daarna een staande ovatie en gingen met een goed gevoel naar huis.

Verslag Louk Verwer, Utrecht

Terug